|
|
|
|
|
Abraham Bredius (Amsterdam, 18 april 1855 - Monaco, 13 maart 1946)
was een Nederlandse Rembrandtkenner, schilderijenverzamelaar,
mecenas en archiefvorser. Zoon
van Johannes Jacobus Bredius (Amsterdam 22-07-1808 - Amsterdam
03-02-1894) en Hendrika Hillegonda Brink (Amsterdam 01-09-1814 -
Amsterdam (23-04-1885)
De droom van Abraham Bredius, lid van de familie Bredius, was om een
groot pianist te worden. Toen dat buiten zijn bereik bleef, maakte
hij op aanraden van zijn vader een grote kunstreis door Europa. Daar
ontmoette hij Wilhelm von Bode, die later museumdirecteur werd in
Berlijn, en die hem aanraadde de Nederlandse 17e-eeuwse
schilderkunst te bestuderen. Dat deed hij door collecties te
bezoeken, boeken te bestuderen en er al eind jaren '70 van de 19e
eeuw artikelen over te schrijven.
Acht jaar lang was hij onderdirecteur van het Nederlands Museum voor
Geschiedenis en Kunst, dat daarna door het Rijksmuseum werd
overgenomen. Hij was gedurende twintig jaar directeur van het
Mauritshuis in Den Haag (1889-1909). Daarna bleef hij actief als
adviseur van het museum en redacteur van het tijdschrift "Oud
Holland". In 1924 vertrok hij voorgoed naar Monaco, maar bleef
jaarlijks drie maanden naar Nederland komen voor onderzoek.
Bron tekst:
wikipedia.org
|
|
In het Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te
Leiden, 1947 van Stichting Digitale Bibliotheek voor de
Nederlandse Letteren is over Abraham Bredius meer te lezen, zie
deze link.
Abraham Bredius
(Amsterdam, 18 April 1855-Monaco, 13 Maart 1946)
De 13e Maart 1946 overleed op bijna een en negentigjarige leeftijd
te Monaco, waar hij sedert 1924 woonde, Dr Abraham Bredius, een der
grootste kunstkenners van ons land, een man die terecht een
internationale vermaardheid genoot wegens zijn aan smaak en
eruditie, fijngevoeligheid en intuïtie gepaarde reusachtige kennis
van onze zeventiende-eeuwse schilderkunst. |
|
|
|
|
|
<- Terug |
|